Zazen

Uit dharma-lotus.nl
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
De printervriendelijke versie wordt niet langer ondersteund en kan mogelijk weergavefouten bevatten. Werk uw browserbladwijzers bij en gebruik de ingebouwde browser printfunctionaliteit.
Tetsujo Deguchi in Zazen

Zazen (zittende aandacht) is de meditatievorm die beoefend wordt in het Zen-boeddhisme. Zazen wordt beoefend om bevrijd te raken van lijden, door het realiseren van een kalme, wakkere geest die niet wordt gehinderd door hevige emoties en illusies. In andere stromingen houdt zazen 'meditatie in meditatiehouding' in om zo het verschil met samsara -meditatie in het dagelijks leven- te kunnen maken. In het boeddhisme zijn beide meditatiestechnieken belangrijk.

Zazen

Zazen doet men op een kussentje of een bankje in de lotushouding, alleen of in een groep. De rug is gestrekt het hoofd iets naar voren gedraaid zodat de kin wordt ingetrokken. De handen vormen ter hoogte van de navel een kosmische mudra, waarbij de vingers van de linkerhand op de vingers van de rechterhand gelegd worden. De duimen raken elkaar licht. De houding van de handen helpt vast te stellen hoe de geestelijke toestand is. Neigt men naar een slaaptoestand, dan zakken de duimen naar beneden en los van elkaar. Wanneer iemand sterk zit te denken en te tobben, dan gaan de duimen stijf tegen elkaar aan en komen wat omhoog.

Beoefening

De gemeenschappelijke ruimte waarin zazen beoefend wordt heet zendo. De zenmeditatie is meestal strikt aan rituelen en regels gebonden, die afhankelijk zijn van de zentraditie: Soto-zen, men zit langs de rand van de zendo met het gezicht naar buiten gekeerd om elkaar niet af te leiden. Er is niets om de aandacht op te richten. Enkel zitten is het doel: shikantaza. Rinzai-zen, men zit met het gezicht naar het midden van de ruimte. Tijdens de meditatie wordt de aandacht gericht op het tellen van de adem, of op een koan. Tijdens de meditatie komen allerlei gedachten boven. De bedoeling is deze gedachten te laten komen en gaan, zonder er al te veel belang aan te hechten of ze te beoordelen. Door telkens rustig terug te keren naar het object van de meditatie (ademhaling, tellen of koan), krijgen gedachten langzaam minder grip.

In sommige zendo's wordt een stok gebruikt om iemand wakker te houden. De za-zen leider geeft dan een forse klap met een stok op de spieren van de nek naar de schouder op een precieze plek die ook wordt gebruikt binnen de acupunctuur. Het raken van deze plek maakt nieuwe energie vrij waardoor lange meditatiesessies gemakkelijker vol te houden zijn. Hoewel het geven van zo'n klap kan lijken op een straf is deze dus bedoeld om de monniken te helpen hun aandacht langdurig bij de meditatie te houden. Afhankelijk van de zentraditie kan een zenbeoefenaar hier zelf om vragen, of wordt door een meditatieleider uitgenodigd.

Vooral in het begin kan zazen zeer verwarrend lijken. Het lijkt wel alsof we er helemaal geen vat op kunnen krijgen. Het beste is om door te gaan, want op een heel directe manier loop je tegen een aantal fundamentele problemen aan die je moet overwinnen om je ware natuur te realiseren. We moeten ons toevertrouwen aan de oorspronkelijke zuivere geest van zazen in plaats van voortdurend te zoeken naar bevestiging en verklaringen, want uiteindelijk zijn die er niet. Uiteindelijk kan er geen bemiddeling zijn tussen jou en zazen. Zelfs al vraag je je af wat in vredesnaam de bedoeling is van wat je aan het doen bent, benader dan die gedachte hetzelfde als iedere andere en laat haar gaan. Grond jezelf iedere keer weer en ga door. Het is net als het leren schilderen van een schilderij; je moet wat verf op het doek smeren en een beetje aanklodderen, maar als je vaardigheden zich ontwikkelen ga je het geleidelijk aan in je vingers krijgen.

Stille Belichting Meditatie

In de traditie van de Stille Belichting Meditatie leren we mensen van het begin af aan de basisprincipes van zazen in plaats van ze eerst te laten beginnen met een aparte, voorbereidende training. We doen dit omdat er geen methoden of manieren zijn om zazen te doen. Zazen is de fundamentele, oorspronkelijke geest zelf en de zenmanier van training en bewustwording is om jezelf er volledig aan toe te vertrouwen. Het is gewoon. Als je het via een bepaalde methode aanpakt, voeg je er iets aan toe en zodra je dat probeert, zit je ernaast. Want als je dat doet, ga je ervan uit dat je buiten staat en de weg naar binnen zoekt, terwijl je al ‘binnen’ bent. Als je je bezighoudt met methoden vertrouw je niet op de zuivere geest van zazen, een staat die Dōgen beschrijft als “het loslaten van lichaam en geest”. De essentie van Zen gaat ook verloren als je op zoek gaat naar de techniek die het snelste, diepste, hoogste of wat dan ook werkt, want geen enkele techniek kan ooit zazen zijn. Ik geloof dat het belangrijk is om dit punt van meet af aan te begrijpen, zodat je zorgvuldig en weloverwogen hulpmiddelen zult gebruiken en deze niet de ware natuur van zazen laat verduisteren.

Toch hebben meesters in de Zentraditie (Dōgen zelfs soms inbegrepen) altijd beproefde middelen gebruikt om ons te helpen ons van deze fundamentele geest bewust te worden. Eén van mijn favoriete citaten, toegeschreven aan Kohō Zenji5 , luidt: “De waarheid, de héle waarheid en verder alles wat werkt!” We hebben allemaal een helpende hand nodig om op gang te komen en als de training zich ontvouwt, moeten we niet te idealistisch of trots zijn om hulp te accepteren. Mijn advies is om beproefde hulpmiddelen te gebruiken als je ze nodig hebt en om te rade te gaan bij een leraar die je kan helpen om rechtstreeks het hart van zazen te vinden. Zodra die middelen hun werk hebben gedaan, moet je weer proberen om pure zazen te doen en “alleen maar zitten”.

De rondgaande ademhaling

Deze methode werd aanbevolen door meester Jiyu. Het is een oefening in onze verbeelding waarmee je je meditatie kunt beginnen, waarbij je je voorstelt dat je adem onderaan je ruggengraat bij je stuitje begint. Terwijl je inademt stel je je voor dat je adem omhoog gaat langs je ruggengraat naar je kruin. Dan adem je uit en stel je je voor dat je adem langs je voorhoofd, neus, kin en romp naar beneden zakt tot aan het schaambeen. Zo vormt de ademhaling een cirkel. Adem in langs de rug omhoog, adem uit langs de voorkant omlaag. Doe dit gedurende drie of vier ademhalingen aan het begin van een meditatieperiode of als je merkt dat je afdwaalt of afgeleid wordt. Adem normaal als je dit doet, d.w.z. niet speciaal diep, maar net zoals het komt. Het is niet de bedoeling dat je deze oefening altijd doet, maar alleen als een middel om je aandacht te richten. Het sluit aan bij de basale beweging van chi in zazen en kan zeer behulpzaam zijn. Het kan gebruikt worden in combinatie met de oefening van het gronden.

Wat we kunnen doen als we indutten of zitten als een zoutzak

Een veel voorkomend probleem is dat we soezerig worden, niet echt in slaap vallen, maar in een half verdoofde, nevelige toestand wegglijden. Je zakt wat in elkaar, je schommelt voorover en komt met een schok weer overeind. Maar meestal is de schok niet heftig genoeg om je echt wakker te schudden. Dit is bekend terrein voor iedereen die lang achter elkaar probeert te mediteren. Het beste advies is om je houding na te lopen, je ogen even wijd open te sperren en een keer diep adem te halen en door te gaan met zitten. Maar soms lijkt niets te helpen en ook al ben je niet echt uitgeput, je merkt even later dat je weer zit in te dutten. Het is echt heel zinvol om door te gaan als dit gebeurt, ook al lijkt het misschien niet zo; als je toegeeft aan slaperigheid, gaat het nooit over.

Geestelijke luiheid is een probleem dat verwant is aan slaperigheid, hoewel misschien minder opvallend. Zazen kan ongemakkelijke gevoelens blootleggen en enigszins onbewust kiezen we er dan voor om maar gedeeltelijk aanwezig te zijn. Je kunt jaren van training verspillen door je niet te richten op waar je mee bezig bent. Dit is zitten als een zoutzak in plaats van zitten als een berg! Je moet je met alles wat je hebt inzetten om goed te mediteren. Het helpt om jezelf te gronden zoals dat in hoofdstuk 2 wordt beschreven. Als je toch dromerig blijft afdwalen, kan het helpen om je ademhaling te tellen zoals hieronder beschreven wordt. Maar onthoud dat het niet om de techniek zelf gaat. Je hebt de techniek nodig om je geest te richten en werkelijk aanwezig te zijn. Als je dat doet, kan je je ‘zoutzakgeest’ meteen genezen.

het tellen van je ademhaling

Dit is een concentratieoefening die je zo nu en dan kunt gebruiken om je te helpen je geest te richten, maar het is beter om het niet je belangrijkste oefening te laten worden. Als je dit wilt proberen, richt dan je aandacht op het rijzen en dalen van je buik bij het in- en uitademen en tel dan elke uitademing. Door het ontwikkelen van een sterke gerichtheid op deze doelbewuste voorgrond van de meditatie sluit je gedachten uit door je te concentreren op het tellen van je ademhaling. Misschien merk je dat er op de achtergrond gedachten voorbijkomen en zolang je de tel niet kwijtraakt, is dat geen probleem. Je telt je uitademingen van één tot en met tien en dan begin je opnieuw. Als je de tel kwijtraakt, begin je rustig en zonder ergernis opnieuw bij één. Misschien vind je het erg moeilijk om de tien te halen. Maak je geen zorgen, en ga gewoon door. Als je dit een tijdlang doet, ontwikkelt zich een gevoel van concentratie. Tegelijkertijd ga je een zekere mate van vredigheid voelen omdat je niet langer zo verstrooid bent en je jezelf veel meer in de hand hebt. Kijk goed hoe het voelt om geconcentreerd te zijn en raak ermee vertrouwd ‒ het is een behulpzaam referentiepunt ‒ en ga dan terug naar gewoon zitten in zazen. Het is nuttig om af en toe gedurende een meditatieperiode je ademhalingen te tellen, gewoon om jezelf te testen op ‘zoutzakgeest’. Dat kan een ietwat heilzame schok zijn! Maar de zoutzakgeest kan en zal in een ogenblik opkomen en verdwijnen. Als je merkt dat je in een dromerige toestand verkeert, is het alleen maar weer een mentale aandoening die je moet laten gaan.

Je kan gemakkelijk onderschatten hoe lang het duurt om het gevoel van zazen te krijgen. Te gauw kijken we naar alternatieven. Loop niet op de zaak vooruit en ga niet je ademhalingen tellen als dat niet nodig is. Regelmatig contact met een leraar kan je hierbij helpen. Er zijn vele andere middelen als deze die een geschoold leraar je kan laten zien als dat nodig is. Maar het natuurlijke vermogen van veel mensen om ‒ als zij doorzetten ‒ zelf hun weg te vinden in de training heeft in de afgelopen dertig jaar een diepe indruk op me gemaakt. Geen enkele methode is gemakkelijk en uiteindelijk gaat het er niet om dat we een techniek perfect leren beheersen. Hóe zit je stil? Zit gewoon stil! In het begin vindt iedereen het moeilijk, maar onderschat je eigen vermogens niet.