Dharma

Uit dharma-lotus.nl
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

In het boeddhisme heeft de term Dhamma (Pali) of Dharma (Sanskriet) verschillende betekenissen. De bekendste zijn:

  • dhamma als de natuurlijke elementen waaruit het universum en onze ervaringen zijn samengesteld.
  • dhamma volgens de boeddhistische leer: weergave van wat (er) werkelijk is.

Dhamma is de Pali-variant van het Sanskriet-woord Dharma. Dharma wordt gebruikt in het hindoeïsme, in de sanskriet literatuur, in het Mahayana en in het Vajrayana boeddhisme. Dhamma wordt gebruikt in het Theravada boeddhisme en de Pali-canon.

Verschillende betekenissen

Dhamma als natuurlijke elementen

De oorspronkelijke betekenis van Dhamma was:

Onderhouden, wat werkelijk bestaat, echte werkelijkheid, wat er werkelijk is in het universum.

Dhamma verwijst dan naar de elementen waar alles uit is opgebouwd, maar ook naar de fundamentele werking ervan. In de Abhdihamma, een systematisering van de boeddhistische leer, worden een overzicht gegeven van deze Dhamma.

Dhamma als leer van de Boeddha

Een tweede betekenis van Dhamma is van een leer of filosofie die claimt een juiste weergave van de werkelijkheid te geven en van de menselijke bestemming daarin. De leer van de Boeddha is zo'n Dhamma. Voor de onderscheiding van de specifieke boeddhistische Dhamma wordt ook wel de term Buddha-Dhamma (Pali) of Boeddha-Dharma (Sanskriet) gebruikt.

Inhoud van de Boeddha-Dhamma

Centraal in de Buddha-Dhamma staan de 4 edele waarheden, het 8-voudige pad, en afhankelijk ontstaan. Hier wordt beschreven hoe de mens gevangen zit in ontevredenheid met het bestaan doordat ervaringen niet worden geaccepteerd zoals ze zijn en hoe de mens zich kan bevrijden van deze onjuiste zienswijze. De volgende instructie werd door de Boeddha gegeven aan de eerste zestig Arahants als indicatie over hoe zij de leer aan anderen dienden te onderwijzen:

Het vermijden van al het foute gedrag,
Het ondernemen van het goede,
En het ontwikkelen van je eigen geest;
Dit is de leer van de Boeddhas.

De monnik Assaji legde de Dhamma op de volgende manier uit aan Sariputta, die daarop de verlichting bereikte:

Van alle dingen die door een oorzaak ontstaan,
De Tathagata (Boeddha) heeft de oorzaak ervan uiteengezet;
En hoe ze tot hun einde komen, dat vertelt hij ook,
Dit is de leer van de Grote Hermiet (Boeddha).

In de Pali-canon wordt de volgende kwalificatie van de Dhamma vaak gebruikt:

De Dhamma is goed beschreven door de Gezegende (de Boeddha)':
Waarneembaar in het hier en nu,
Tijdloos,
Aanmoedigend tot onderzoek,
Voorwaarts leidend,
Door de wijzen zelf te ervaren.