Sangha en Kassapa Boeddha: verschil tussen pagina's

Uit dharma-lotus.nl
(Verschil tussen pagina's)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
 
Geen bewerkingssamenvatting
 
Regel 1: Regel 1:
{{#seo:
{{#seo:
|title=Sangha is de boeddhistische gemeenschap.
|title=Kassapa Boeddha
|titlemode=append
|titlemode=append
|keywords=boeddhisme, boeddha, boeddhistisch, Dharma, Pali-canon, Gautama, boeddhist, waarheden, soetra, sutta, Dhamma, meditatie, inzicht, Ivar Mol, Dharma-Lotus, mindfulness, India, Nepal  
|keywords=Boeddhisme, Boeddha, historische, dharma, mediteren, Mahayana, tibetaans, meditatie, goden, India, Nepal, Tibet.
|description=Uitgebreide uitleg over het boeddhisme in het algemeen en de boeddhistische filosofie, de Dharma en de Pali-canon in het bijzonder.  
|description=Voor de historische Gautama de Boeddha waren er vele mythologische Boeddha's. Hier een beschrijving per boeddha.
}}
}}
{{boeddhisme}}
[[File:Painting of Kassapa Buddha, Wat Ho Xieng, Luang Prabang.png|thumb|250px|Kassapa Boeddha]]
'''Sangha''' (wordt uitgesproken als san-gaa) ([[pali]] en [[sanskriet]]) is een belangrijk begrip in het [[boeddhisme]]. Het is het samenhorige gevoel boeddhist te zijn wetende dat er meerdere zijn. Dat -ons- gevoel, dat is Sangha.
{{Boeddhistische Goden}}
In de boeddhistische traditie is '''Kanakamuni''' de zevenentwintigste van de achtentwintig [[Boeddha|Boeddha's]] die worden beschreven in hoofdstuk 27 van de [[Buddhavamsa]]. De Buddhavamsa is een boeddhistische tekst die het leven beschrijft van [[Gautama de Boeddha]] en de zevenentwintig Boeddha's die hem voorgingen. Het is het veertiende boek van de Khuddaka Nikāya, die op zijn beurt deel uitmaakt van de Sutta Piṭaka. De Sutta Piṭaka is een van de drie pitaka's (hoofdsecties) die samen de [[Pali-canon|Tripiṭaka of Pāli Canon]] vormen van het [[Theravada|Theravada-boeddhisme]].


De meest strikte zin is de Arya sangha, degenen die de [[verlichting]] van [[wedergeboorte]] hebben bereikt zoals een [[Boeddha]] of een [[Arhat]]. In een meer dagelijks gebruik van het woord verwijst het naar de kloosterorde van [[monnik|monniken]] (bhikkhu)s en nonnen (bhikkhuni)s, of - op zijn breedst genomen - gewoon naar een gemeenschap van mensen die samenkomen om boeddhistische [[meditatie]] te beoefenen.
Kassapa is de 6e van de 7 boeddha's uit de oudheid en de 3e van de 5 boeddha's van het huidige Bhadrakalpa (Kalpa is de levensduur van één universum).


==Toevlucht==
* [[Kakusandha Boeddha]]; (de 1e Boeddha van de Bhadrakalpa)
De Sangha is één van de 'Drie Juwelen' (Tiratana) in het boeddhisme, waar elke boeddhist toevlucht in neemt te weten:
* [[Kanakamuni Boeddha]]; (de 2e Boeddha van de bhadrakalpa)
* [[Kassapa Boeddha]]; (de 3e Boeddha van de bhadrakalpa)
* [[Gautama de Boeddha]]; (de 4e en huidige Boeddha van de bhadrakalpa)
* [[Maitreya Boeddha]]; (de 5e en toekomstige Boeddha van de bhadrakalpa)


: ''Ik neem toevlucht tot de Boeddha''
==Biografie==
: ''Ik neem toevluucht tot de Dharma''
: '' Ik neem toevlucht tot de Sangha''


In het allereerste begin van het boeddhisme was het opzeggen van deze drie regels in het bijzijn van een monnik genoeg om ook monnik te worden. Nu is het eveneens vaak een vorm van inwijding om boeddhist te worden.
Kassapa werd geboren in Isipatana Deer Park. Deze plaats ligt in Varanasi, een stad in de moderne staat Uttar Pradesh in het noorden van [[Het Boeddhisme in India|India]]. Zijn ouders waren de Brahmadatta en Dhanavatī. Volgens de legende was zijn lichaam twintig el hoog en leefde hij tweeduizend jaar in drie verschillende paleizen. Zijn belangrijkste vrouw was Sunandā, die hem een ​​zoon schonk genaamd Vijitasena.


In de meest ware betekenis van het woord verwijst het naar alle wezens die een bepaalde graad van verlichting behaald hebben. In het [[Theravada]] bestaat de Sangha uit de vier soorten verlichte personen: de Sotapanna, Sakadagami, Anagami en [[Arhat|Arahant]]. In het Mahayana behoren ook de [[Bodhisattva]] tot de Sangha. Leken kunnen ook lid zijn van deze echte Sangha. Monniken die (nog) geen graad van verlichting bereikt hebben, vallen buiten deze meest essentiële betekenis van het woord Sangha.
Kassapa gaf zijn wereldse leven op door in zijn paleis te reizen. Hij beoefende ascese slechts zeven dagen. Vlak voordat hij de [[verlichting]] bereikte, accepteerde hij een maaltijd van melkrijst van zijn vrouw en gras voor zijn zitplaats van een yavapālaka genaamd Soma. Zijn Bodhiboom (de boom waaronder hij de verlichting bereikte) was een banyan, en hij hield zijn eerste preek in Isipatana voor een bijeenkomst van monniken die in zijn gezelschap afstand hadden gedaan van de wereld.


==Ordes==
Kassapa voerde het Tweelingwonder uit aan de voet van een asanaboom buiten Sundar Nagar. Hij hield slechts één samenkomst van zijn discipelen; een van zijn beroemdste bekeringen was die van Nāradeva, een Yaksha. Zijn belangrijkste discipelen onder de monniken waren Tissa en Bhāradvāja, en onder de nonnen waren Anulā en Uruvelā, zijn begeleider was Sabbamitta. Onder zijn beschermheren waren de meest vooraanstaande Sumangala en Ghattīkāra, Vijitasenā en Bhaddā.
In een meer dagelijks gebruik van het woord Sangha verwijst het naar de Bhikkhu-Sangha ofwel de Orde van Boeddhistische Monniken. De Bhikkhuni-Sangha is de Orde van Boeddhistische Nonnen. Als het woord op deze manier gebruikt wordt horen de leken, ook al zijn ze verlicht, niet tot de Sangha. Ze zijn immers geen monnik of non en hoeven zich dus ook niet aan die regels en conventies te houden waar monniken en nonnen zich wel aan dienen te houden. De Sangha van boeddhistische monniken en nonnen bestaat al meer dan 2500 jaar en is waarschijnlijk de oudste instelling ter wereld.


Doordat er in het boeddhisme niet zoiets bestaat als een kerk is de Sangha in kloosters bijzonder belangrijk in het voortzetten van de traditie. Vooral in de Theravada traditie gaat men ervan uit dat enkel monniken of nonnen een grote spirituele ontwikkeling kunnen realiseren en de meeste gekwalificeerde boeddhistische leraren zijn monnik of non. Verder worden de boeddhistische teksten in kloosters bewaard en vaak worden er (vooral binnen het Mahayana en Vajrayana) tradities van mondelinge overdracht van leringen en instructies voor het beoefenen binnen de kloosters in stand gehouden.
Kassapa stierf op zestienduizendjarige leeftijd in de stad Kashi, in het Kashi-koninkrijk (nu bekend als Varanasi, in de hedendaagse Indiase deelstaat Uttar Pradesh). Boven zijn relikwieën stond een stupa van een mijl hoog, waarvan elke steen een crore (tien miljoen) roepies waard was.


Tegenwoordig wordt in de westerse landen het woord Sangha vaak gebruikt om losjes te verwijzen naar alle boeddhisten of om een groep leken en/of monniken die regelmatig met elkaar contact onderhoudt te vergelijken met het woord parochie. Dit is niet de traditioneel gangbare betekenis van het woord in Azië maar kent eveneens zijn bronnen in de Pali-canon; bijvoorbeeld Anguttara-Nikaya II.1.vii. Vanzelfsprekend geldt voor de betekenis van Sangha als het derde juweel voor toevlucht dat pakweg het 'Arya sangha' niveau hier veel meer op de voorgrond staat dan het niveau van een gemeenschap van boeddhisten.
==De Stoepa van Kassapa Boeddha==
Er was aanvankelijk een groot verschil van mening over wat de grootte van de stoepa moest zijn en van welk materiaal het gebouwd moest worden. De bouw van de stoepa begon nadat deze problemen eindelijk waren opgelost. Maar toen ontdekten de burgers dat ze onvoldoende geld hadden om de stupa te voltooien. Een anāgāmi- toegewijde genaamd Sorata reisde door Jambudvipa en vroeg de mensen om geld voor de voltooiing van de stoepa. Hij stuurde het geld zoals hij het ontving, en toen hij hoorde dat het werk voltooid was, ging hij op weg om de stoepa te aanbidden. Hij werd echter gegrepen door rovers en vermoord in het bos, dat later bekend werd als de Andhavana.


[[categorie: boeddhisme]]
Upavāna werd in een vorige geboorte de beschermgod van de stupa, vandaar zijn grote majesteit in zijn laatste leven.
Onder de zevenendertig godinnen die Guttila opmerkte toen hij de hemel bezocht, was er één die een geurende vijf-spray had aangeboden bij de stupa. Alāta bood āneja-bloemen aan en verkreeg een gelukkige [[wedergeboorte]].
 
De oorzaak van Mahākāśyapa 's gouden huidskleur was zijn geschenk van een gouden steen voor de bouw van Kassapa's heiligdom.
 
Bij dezelfde stoepa bood Anuruddha, die toen de huishoudster was in Varanasi, boter en melasse aan in koperen kommen, die zonder tussenruimte rond de stoepa werden geplaatst.
 
{{boeddha volgorde}}
 
[[Categorie: Goden binnen het Boeddhisme]]

Huidige versie van 12 dec 2022 om 03:30

Kassapa Boeddha
Categorie indeling
Home
Boeddhisme
Goden binnen het Boeddhisme
Goden binnen het Boeddhisme
Adi Boeddha
Algemene info
Boeddhistische kosmologie
Boeddhistische mythologie
Historische Gautama de Boeddha
De mythologische Boeddha's en Goden
Adi-Boeddha
Alle Boeddha's beschreven
Tara's
De Bodhisattva's
De 4 hemelde koningen
De Woeste Goden
Wiki-goden.jpg

In de boeddhistische traditie is Kanakamuni de zevenentwintigste van de achtentwintig Boeddha's die worden beschreven in hoofdstuk 27 van de Buddhavamsa. De Buddhavamsa is een boeddhistische tekst die het leven beschrijft van Gautama de Boeddha en de zevenentwintig Boeddha's die hem voorgingen. Het is het veertiende boek van de Khuddaka Nikāya, die op zijn beurt deel uitmaakt van de Sutta Piṭaka. De Sutta Piṭaka is een van de drie pitaka's (hoofdsecties) die samen de Tripiṭaka of Pāli Canon vormen van het Theravada-boeddhisme.

Kassapa is de 6e van de 7 boeddha's uit de oudheid en de 3e van de 5 boeddha's van het huidige Bhadrakalpa (Kalpa is de levensduur van één universum).

Biografie

Kassapa werd geboren in Isipatana Deer Park. Deze plaats ligt in Varanasi, een stad in de moderne staat Uttar Pradesh in het noorden van India. Zijn ouders waren de Brahmadatta en Dhanavatī. Volgens de legende was zijn lichaam twintig el hoog en leefde hij tweeduizend jaar in drie verschillende paleizen. Zijn belangrijkste vrouw was Sunandā, die hem een ​​zoon schonk genaamd Vijitasena.

Kassapa gaf zijn wereldse leven op door in zijn paleis te reizen. Hij beoefende ascese slechts zeven dagen. Vlak voordat hij de verlichting bereikte, accepteerde hij een maaltijd van melkrijst van zijn vrouw en gras voor zijn zitplaats van een yavapālaka genaamd Soma. Zijn Bodhiboom (de boom waaronder hij de verlichting bereikte) was een banyan, en hij hield zijn eerste preek in Isipatana voor een bijeenkomst van monniken die in zijn gezelschap afstand hadden gedaan van de wereld.

Kassapa voerde het Tweelingwonder uit aan de voet van een asanaboom buiten Sundar Nagar. Hij hield slechts één samenkomst van zijn discipelen; een van zijn beroemdste bekeringen was die van Nāradeva, een Yaksha. Zijn belangrijkste discipelen onder de monniken waren Tissa en Bhāradvāja, en onder de nonnen waren Anulā en Uruvelā, zijn begeleider was Sabbamitta. Onder zijn beschermheren waren de meest vooraanstaande Sumangala en Ghattīkāra, Vijitasenā en Bhaddā.

Kassapa stierf op zestienduizendjarige leeftijd in de stad Kashi, in het Kashi-koninkrijk (nu bekend als Varanasi, in de hedendaagse Indiase deelstaat Uttar Pradesh). Boven zijn relikwieën stond een stupa van een mijl hoog, waarvan elke steen een crore (tien miljoen) roepies waard was.

De Stoepa van Kassapa Boeddha

Er was aanvankelijk een groot verschil van mening over wat de grootte van de stoepa moest zijn en van welk materiaal het gebouwd moest worden. De bouw van de stoepa begon nadat deze problemen eindelijk waren opgelost. Maar toen ontdekten de burgers dat ze onvoldoende geld hadden om de stupa te voltooien. Een anāgāmi- toegewijde genaamd Sorata reisde door Jambudvipa en vroeg de mensen om geld voor de voltooiing van de stoepa. Hij stuurde het geld zoals hij het ontving, en toen hij hoorde dat het werk voltooid was, ging hij op weg om de stoepa te aanbidden. Hij werd echter gegrepen door rovers en vermoord in het bos, dat later bekend werd als de Andhavana.

Upavāna werd in een vorige geboorte de beschermgod van de stupa, vandaar zijn grote majesteit in zijn laatste leven. Onder de zevenendertig godinnen die Guttila opmerkte toen hij de hemel bezocht, was er één die een geurende vijf-spray had aangeboden bij de stupa. Alāta bood āneja-bloemen aan en verkreeg een gelukkige wedergeboorte.

De oorzaak van Mahākāśyapa 's gouden huidskleur was zijn geschenk van een gouden steen voor de bouw van Kassapa's heiligdom.

Bij dezelfde stoepa bood Anuruddha, die toen de huishoudster was in Varanasi, boter en melasse aan in koperen kommen, die zonder tussenruimte rond de stoepa werden geplaatst.

Volgorde van de Boeddha's
1: Tanhankara Boeddha - 2: Medhankara Boeddha - 3: Saranankara Boeddha - 4: Dipankara Boeddha - 5: Kaundinya Boeddha - 6: Mangala Boeddha - 7: Sumana Boeddha - 8: Revata Boeddha - 9: Sobhita Boeddha - 10: Anomadassi Boeddha - 11: Paduma Boeddha - 12: Narada Boeddha - 13: Padumuttara Boeddha - 14: Sumedha Boeddha - 15: Sujata Boeddha - 16: Piyadassi Boeddha - 17: Atthadassi Boeddha - 18: Dhammadassi Boeddha - 19: Siddhattha Boeddha - 20: Tissa Boeddha - 21: Phussa Boeddha - 22: Vispassi Boeddha - 23: Sikhin Boeddha - 24: Vessabhu Boeddha - 25: Kakusandha Boeddha - 26: Kanakamuni Boeddha - 27: Kassapa Boeddha - 28: Gautama de Boeddha - 29: Maitreya Boeddha