Hondsdraf en Afhankelijk ontstaan: verschil tussen pagina's

Uit dharma-lotus.nl
(Verschil tussen pagina's)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
 
 
Regel 1: Regel 1:
{{#seo:
{{boeddhistische dharma}}
|title=Hondsdraf. Wilde planten die je kunt eten.
Het '''Afhankelijk ontstaan''' (paticcasamuppãdanaya) beschrijft de samenhang en wisselwerking van alles in en om ons heen. Hiermee is het tevens de wet van oorzaak-en-gevolg en een zeer essentieel onderdeel van de [[dharma|boeddhistische filosofie]]. Veel modernistische stromingen zoals de new-age zijn hiermee aan de haal gegaan en hebben compleet nieuwe theorieën bedacht waarbij gezocht wordt naar de oorzaak van een bepaald gevolg. Dit is echter iets wat de boeddhistische filosofie geheel niet voorschrijft en zelfs als zeer onverstandig bestempeld, zoals in de tekst uit de [[Abhidhamma]]:
|titlemode=append
|keywords=eten, eetbaar, voeding, gezond, berm, bermplanten, smakelijk, plant, planten, kruiden
|description=Overzicht van enkele eetbare wilde planten die je overal in Nederland kunt vinden
}}
[[File:Glechoma hederacea flower, hondsdraf bloem.jpg|350px|thumb|Hondsdraf]]
{{Poster voeding}}
De '''hondsdraf''' is een altijd groene plant heeft als wetenschappelijke naam Glechoma hederacea. Voor het ontstaan van deze namen zijn verschillende verklaringen te noemen. Hederacea betekent klimop-achtig. Dat slaat zowel op het blad dat enigszins lijkt op klimopblad, als op de groeiwijze: hondsdraf kan langs muren en bomen omhoog groeien, weliswaar minder hoog dan de echt klimmende klimop. Dat is voor de boom niet schadelijk, deze wordt door hondsdraf alleen gebruikt als steunpaal. Het hoort tot de familie van de lipbloemen, een uitgebreide familie met veel bekende planten als tijm, hyssop, basilicum, marjolein, dovenetel, munt, citroenmelisse en salie. Dit zijn allemaal aromatische en sterk geurende keukenkruiden. De lipbloemen zijn te herkennen aan de vierkante stengel. In de homeopathie duidt dit op weerstand en standvastigheid. De bloemen hebben een duidelijke boven- en onderlip. De onderlip is meestal voorzien van gekleurde strepen of stippen: hiermee worden insecten aangetrokken naar de nectar die in de bloemen verstopt ligt. De meeste leden van deze familie hebben roze tot paarse bloemen.


==Kenmerken en voorkomen==
==Beschreven in de Pali-canon==
Het afhankelijk ontstaan staat in de [[Pali-canon]] als volgt beschreven.


Hondsdraf is een meerjarige plant. Het hele jaar zijn de groene blaadjes te zien. De bloemen ontplooien zich van maart tot september, maar ook wel in de winter als het niet te koud is. Ze staan in de oksels van de bladeren en richten zich naar de zon. De donkergroene bladeren zijn rond en gekarteld. Ze hebben een redelijk lange steel. Aan de onderkant springen de nerven duidelijk uit. Deze kruipende plant kan grote matten vormen over kale bodem en puin, maar kruipt ook omhoog langs muren en bomen. Het groeit vrijwel overal maar heeft een voorkeur voor een voedselrijke en stikstofrijke bodem in tuinen, onder struiken maar ook in weilanden. De ondergrond mag matig vochtig zijn. Alleen op te zoute en te waterrijke plaatsen kan hondsdraf geen stand houden. Je zou hondsdraf kunnen verwarren met paarse dovenetel; een plant die op dezelfde standplaatsen voorkomt en ook paarse bloemetjes heeft. Het blad echter glanst niet.
''Paccaya-sãmaggim paticca samam phalãnam uppãdo: Eén afzonderlijke oorzaak kan niet één effect voortbrengen en één effect is niet afhankelijk van één bepaalde oorzaak''.


==Culinair gebruik==
Er is altijd een verzameling van oorzaken die een verzameling van gevolgen voortbrengt. Lineaire 1-op-1 verbindingen zijn er niet en kennis over de oorzaak is onbelangrijk omdat je dan altijd op individueel niveau blijft zoeken. Zolang je oorzaken op individueel niveau blijft zoeken geef je dit individu bestaansrecht terwijl er juist inzicht verkregen dient te worden dat het individu niet bestaat.
Het boeddhisme kijkt niet naar individuele processen maar naar de processen in lichaam-en-geest (geest-en-materie) die voor iedereen eender zijn en los staan van het individu. Dit zijn 13 processen die elkaar beïnvloeden en stimuleren:   


Met de aparte kruidensmaak kan hondsdraf aan soepen een aromatische geur meegeven, evenals aan salades van wilde groenten. Gebruik het met mate want het overheerst gauw. Het combineert goed met peulvruchten en probeer het ook eens in groentegerechten. Broodbeleg is te maken met kwark waardoor hondsdraf, peterselie, kervel en melde is geroerd. Lekker in kruidenboter. De bloemen vormen een leuke decoratie op brood en desserts.
:''al het conditioneel handelen begint bij onwetendheid''
:''afhankelijk van onwetendheid ontstaat karma''
:''afhankelijk van karma ontstaat bewustzijn''
:''afhankelijk van bewustzijn ontstaat geest-en-materie ''
:''afhankelijk van geest-en-materie ontstaan de 6 zintuigpoorten''
:''afhankelijk van de 6 zintuigpoorten ontstaat contact''
:''afhankelijk van contact ontstaat gevoel''
:''afhankelijk van gevoel ontstaat verlangen''
:''afhankelijk van verlangen ontstaat gehechtheid''
:''afhankelijk van gehechtheid ontstaat wording''
:''afhankelijk van wording ontstaat geboorte''
:''afhankelijk van geboorte ontstaat ouderdom-en-sterven''
:''afhankelijk van ouderdom-en-sterven ontstaat lijden''
:''De weg uit deze kringloop van lijden''


* De oogsttijd voor het blad, bloemen en jonge scheuten is april t/m juni
==Al het conditioneel handelen begint bij onwetendheid (avijjã)==
{{eetbare planten}}
==Andere gebruikstoepassingen==


Het looizuur is een goed middel tegen darmaandoeningen als diarree en in geval van longaandoeningen. Het helpt ook tegen zwellingen van de huid en wonden. Fijngewreven blad is een middel om de pijn van blaren ontstaan door brandnetels te verlichten. Kiespijn kan bestreden worden door op het blad te kauwen.
Alleen een arhat of een Boeddha (beide zijn verlichte personen) zijn vrij van conditioneel handelen. Mensen verkerend in [[samsara]] (kringloop van het leven) kunnen zowel conditioneel als niet-conditioneel handelen en kunnen zich daar bewust en onbewust over zijn. Niet-conditioneel handelen is een handeling vanuit minimaal 1 van de 4 [[Liefde|onbegrensde gemoedstoestanden]]:


==Leuke weetjes==
* liefdevolle vriendelijkheid (mettã)
* gelijkmoedigheid (upekkhã)
* mededogen (karunã)
* medevreugde (muditã)


In oudere boeken zijn een aantal andere namen te vinden: kruipende en kleine hondsdraf of in volksgebruik: kruip-door-de-tuin. Hondsdraf heeft twee soorten bloemen: grote die tweeslachtig zijn en duidelijk kleinere die alleen vrouwelijk zijn. Dit verschijnsel heet gyndioicie, wat tweeslachtig betekent. Dat helpt de plant om kruisbestuiving te bevorderen.
Conditioneel handelen is een handeling welk voortkomt uit een vooraf vastgestelde conditie welk een grensgebied vormt tussen leuk en niet-leuk, aangenaam en niet-aangenaam, etc... De conditionering creëert dus dualiteit en vandaar uit ontstaat begeerte en aversie. Conditioneel handelen is dus altijd ingegeven vanuit een begeerte of een aversie en is dus niet vrij.  
De reden dat we conditioneringen aanmaken en daar vervolgens naar handelen is onwetendheid over hoe op een zuivere manier (de 4 onbegrensdheden) gehandeld kan worden zonder dualiteit.


==Afhankelijk van onwetendheid ontstaat karma (kamma)==


''Wat ik kamma noem, monniken, is de intentie, want nadat we besluiten, voeren we een fysieke, verbale of mentale handeling uit.''
(Gautama de Boeddha: Pali-canon: Anguttara Nikãya 6:63, iii, 415)


[[Karma]] is de intentie welke vooraf gaat aan een handeling. De intentie bij conditioneel handelen wordt ingegeven door de conditionering en is duaal; namelijk de conditionering bepaald wat leuk en niet-leuk, aangenaam en niet-aangenaam is. Er is een duidelijke intentie om de situatie maakbaar te maken en naar eigen hand te zetten (het aangename te behouden en het onaangename te doen stoppen). Dit gestuurd handelen vanuit de conditionering is een voortgaande energie die een gevolg creëert en dit is het karmische gevolg. De intentie om alles maakbaar te maken is een stuk onwetendheid over hoe dingen werkelijk in elkaar steken. De intentie bij niet-conditioneel handelen wordt ingegeven door minimaal 1 van de 4 onbegrensde gemoedstoestanden. Hier zit geen sturing achter en geen intentie om de situatie maakbaar te maken. Er is alleen maar acceptatie omdat het ego afwezig is. Er is geen intentie in maakbaarheid.


Binnen de boeddhistische filosofie wordt karma uitgeschreven in 4 vormen (kammacatukka, letterlijk: de viervoudige verdeling van kamma) wat elk een analysemethode is om karma te omschrijven. Zodoende ontstaan er 16 (4x4) typen van karma.


[[categorie:eetbare wilde planten]]
==afhankelijk van karma ontstaat bewustzijn (citta)==
 
Er zijn dus 4 typen van karma en zodra er karma is ontstaat er een [[bewustzijn|bewustzijnstype]]:
 
{| class="wikitable" style="width: 60%;"
!colspan="4"|De 6 zintuigpoorten
|-
!style="width: 25%"|Zintuigpoorten
!style="width: 25%"|Bewustzijnstype
!style="width: 25%"|Activiteit
!style="width: 25%"|Koppeling
|-
|ogen||oogbewustzijn||zien||neurologisch
|-
|oren||oorbewustzijn||horen||neurologisch
|-
|tong||tongbewustzijn||proeven||neurologisch
|-
|neus||neusbewustzijn||ruiken||neurologisch
|-
|tastzin||tastzinbewustzijn||voelen||neurologisch
|-
|gevoel||gevoelbewustzijn||aanvoelen||boven-werelds
|}
 
Deze 6 bewustzijntypen ontstaan echter niet allemaal tegelijk; het gevoel, welk niet-neurologisch gekoppeld is, kan veel eerder ontstaan dan de overige 5 bewustzijnstypen die wel neurologisch gekoppeld zijn. Gevoel (intuïtie, aanvoelen, geest) wordt boven-werelds genoemd omdat er geen duidelijk aantoonbare veroorzaker is die dit doet triggeren. Alleen iemand in diepe meditatie zal dit opkomende bewustzijn direct en bewust opmerken, de meeste mensen zijn echter onbewust over dit opkomende signaal en zullen het pas in een veel later stadia opmerken.
In het rijtje onbewust onbewust, bewust onbewust, onbewust bewust en bewust bewust is alleen de laatste (bewust bewust) bewust dat er een bewustzijn opkomt. In alle drie de andere gevallen zal pas (veel) later opgemerkt worden dat er een bewustzijn is opgetreden.
 
==Afhankelijk van bewustzijn ontstaat geest-en-materie==
 
Van de 6 bewustzijnstromen zijn er 5 neurologisch bepaald en 1 niet. Dit betekend dat 5 bewustzijnstypen een reactie hebben in het lichaam (materie) en 1 in de geest. De voorgaande energie die bij de dualiteit van de conditionering is gevormd, en de situatie maakbaar wenst te maken, heeft hier zijn uitwerking in materie-en-geest. Dit wordt resultant bewustzijn genoemd; bewustzijn welk altijd een resultaat genereert.
Vaak wordt gesteld dat fysieke gewaarwordingen (ziekte, pijn, etc...) een energetische oorzaak hebben. Hét moment dat dit gebeurt is hier: daar waar bewustzijn zich manifesteert in geest-en-materie.
 
==Afhankelijk van geest-en-materie ontstaan de 6 zintuigpoorten (nãman)==
 
De bewustzijnstype die nu een gewaarwording in het lichaam of geest genereert zal opgemerkt worden en hiervoor dient één of meerdere zintuigpoorten geactiveerd te worden. Het ontstaan van de 6 zintuigpoorten is een belangrijke fase omdat het een duidelijk onderscheidt maakt tussen ogen (bewustzijnspoort), oogbewustzijn (bewustzijnstype) en zien (activiteit).
De ogen zijn alleen het fysieke instrument van het lichaam welk licht kan opvangen en omzetten in neurologische signalen die het doorgeeft aan de hersenen. De ogen op zichzelf zijn neutraal en het object (rüpa) is ook neutraal en wordt opgemerkt door het oogbewustzijn. Ogen en object is zijn niet voldoende om contact te maken een reacties te genereren, daar is dus een oogbewustzijn als 3e partij voor nodig.
 
==Afhankelijk van de 6 zintuigpoorten ontstaat contact (phassa)==
 
Contact moet hier gezien worden als de samenkomen van oogbewustzijn, ogen en object. Er zijn 6 typen van contact:
 
* oogcontact
* oorcontact
* tongcontact
* neuscontact
* tastzincontact
* gevoelscontact
 
Omdat in het voorgaande traject reeds karma is ontstaan wordt een 4e component tijdens het ontstaan van contact nu opgeroepen: de [[mentale vergiften]]. Mentale vergiften (met als basis 3: onwetendheid, begeerte en aversie) zijn altijd individueel bepaald en hebben altijd een link met het ego omdat ze voortkomen uit het ego. Ze zorgen ervoor dat het zien niet neutraal plaatsvindt maar conditioneel bepaald is. Is er geen conditionering en dus geen karma aanwezig, dan zal er puur neutraal gezien worden en dit wordt 'neutrale observatie' genoemd.
 
==Afhankelijk van contact ontstaat dualiteit (vedanã)==
 
Doordat met het opkomen van de mentale vergiften er een individueel component is ontstaan krijgen we een begeerte of aversie (dualiteit) voor het object. Er zijn weer 6 typen van dualiteit:
 
* emotie (begeerte of aversie) dat voortkomt uit oogcontact
* emotie (begeerte of aversie) dat voortkomt uit oorcontact
* emotie (begeerte of aversie) dat voortkomt uit tongcontact
* emotie (begeerte of aversie) dat voortkomt uit neuscontact
* emotie (begeerte of aversie) dat voortkomt uit tastzincontact
* emotie (begeerte of aversie) dat voortkomt uit gevoelscontact
 
==Afhankelijk van gevoel ontstaat verlangen (tanhã)==
 
Gevoel voor het object resulteert in  verlangen naar het object. Verlangen is dus de persoonlijke betrokkenheid bij het object welk voortgekomen is vanuit gevoel. Er zijn 6 vormen van verlangen:
 
* verlangen naar vormen
* verlangen naar geluiden
* verlangen naar smaken
* verlangen naar geuren
* verlangen naar tastbare objecten
* verlangen naar mentale objecten
 
Deze 6 vormen van verlangen zijn op hun beurt 3-voudig zodat er 18 vormen van verlangen zijn:
 
* begeerte is de wens om het object te koesteren en te behouden
* aversie is de wens om het object te verlaten of te verdwijnen
* neutraal is een vredig gevoel en deze vredigheid kan ook een object van verlangen worden
 
Bij verlangen ontstaat de wens om het object te veranderen naar gelang de persoonlijke betrokkenheid.
 
==Afhankelijk van verlangen ontstaat gehechtheid (upãdãna)==
 
Het verlangen transformeert naar in gehechtheid in het object van verlangen. Dit moet niet alleen gezien worden vanuit de begeerte kant, ook aversie kan een gehechtheid oproepen. De aversie voor ziek worden is tevens de gehechtheid aan een gezond lichaam.  Er zijn 4 vormen van gehechtheid:
 
* hechten aan zintuiglijke verlangens
* hechten aan onjuiste zienswijzen
* hechten aan riten en ceremonieën
* hechten aan doctrine van een zelf
 
De eerste heeft als wortel verlangen en de overige 3 een verkeerde zienswijze maar ze worden alle 4 geconditioneerd vanuit verlangen.
Afhankelijk van gehechtheid ontstaat wording (kammabhava en upapattibhava)
 
==Afhankelijk van gehechtheid onstaat wording==
 
Doordat we gehecht zijn aan het object van het verlangen gaan we de situatie daadwerkelijk beïnvloeden middels een handeling of gedachte. Of de situatie hierdoor gaat veranderen zoals wij willen is maar de vraag, maar dat de situatie gaat veranderen is zeker. Er ontstaat dus wording en dit kan op 2 manieren:
* het karmische actieve proces van wording (kammabhava) - gehechtheid is hier een voorwaarde voor actieve wording aangezien onder invloed van de gehechtheid acties ondernemen die op hun beurt karma genereren.
* het resultante proces van wording (upapattibhava) - gehechtheid is hier een voorwaarde omdat de reeds aanwezige karma ons terugvoert tot oude patronen
 
In beide gevallen van wording is karma de bepalende factor die creëert.
 
==Afhankelijk van wording ontstaat geboorte (jãti)==
 
We geven bestaansrecht aan datgene gecreëerd is en hiermee ontstaat een nieuw stukje karma (kammabhava), een nieuwe conditionering en een nieuwe voedingsbodem voor begeerte en aversie. De onwetendheid over de werkelijke loop der dingen is er nog steeds en we zijn weer een nieuwe omslag in het wiel van geboorte-en-wedergeboorte gegaan.
==Afhankelijk van geboorte ontstaat ouderdom-en-sterven==
 
De onwetendheid is onze persoonlijke waarheid. De ultieme waarheid is dat alles opkomt, enige tijd duurt en weer neergaat om te transformeren in iets anders. Niets is blijvend hoe sterk je het ook koestert. Alles is dus onderhevig aan ouderdom en sterven en daar gaat aftakeling, ziekte en schade aan vooraf.
==Afhankelijk van ouderdom-en-sterven ontstaat lijden==
 
De ouderdom, aftakeling, ziekte, schade en sterven is een proces wat moeilijk te accepteren is als we niet de ultieme waarheid zien maar alleen onze eigen persoonlijke waarheid. Dat dit lijden doet veroorzaken is bijna inherent. Zolang we in de onwetendheid blijven blijft deze kringloop bestaan.
 
==De weg uit deze kringloop van lijden==
 
de oplossing om uit deze kringloop te geraken begint eveneens bij de onwetendheid:
 
:''al het conditioneel handelen is uitgeroeid houdt onwetendheid op te bestaan''
:''als onwetendheid is uitgeroeid houdt karma op te bestaan''
:''als karma is uitgeroeid houdt bewustzijn op te bestaan''
:''als bewustzijn is uitgeroeid houdt geest-en-materie op te bestaan ''
:''als geest-en-materie is uitgeroeid houdt de 6 zintuigpoorten op te bestaan''
:''als de 6 zintuigpoorten is uitgeroeid houdt contact op te bestaan''
:''als contact is uitgeroeid houdt gevoel op te bestaan''
:''als gevoel is uitgeroeid houdt verlangen op te bestaan''
:''als verlangen is uitgeroeid houdt gehechtheid op te bestaan''
:''als gehechtheid is uitgeroeid houdt wording op te bestaan''
:''als wording is uitgeroeid houdt geboorte op te bestaan''
:''als geboorte is uitgeroeid houdt ouderdom-en-sterven op te bestaan''
:''als ouderdom-en-sterven is uitgeroeid houdt lijden op te bestaan.''
 
 
[[categorie: boeddhistische dharma]]

Versie van 12 jul 2023 16:38

Het Afhankelijk ontstaan (paticcasamuppãdanaya) beschrijft de samenhang en wisselwerking van alles in en om ons heen. Hiermee is het tevens de wet van oorzaak-en-gevolg en een zeer essentieel onderdeel van de boeddhistische filosofie. Veel modernistische stromingen zoals de new-age zijn hiermee aan de haal gegaan en hebben compleet nieuwe theorieën bedacht waarbij gezocht wordt naar de oorzaak van een bepaald gevolg. Dit is echter iets wat de boeddhistische filosofie geheel niet voorschrijft en zelfs als zeer onverstandig bestempeld, zoals in de tekst uit de Abhidhamma:

Beschreven in de Pali-canon

Het afhankelijk ontstaan staat in de Pali-canon als volgt beschreven.

Paccaya-sãmaggim paticca samam phalãnam uppãdo: Eén afzonderlijke oorzaak kan niet één effect voortbrengen en één effect is niet afhankelijk van één bepaalde oorzaak.

Er is altijd een verzameling van oorzaken die een verzameling van gevolgen voortbrengt. Lineaire 1-op-1 verbindingen zijn er niet en kennis over de oorzaak is onbelangrijk omdat je dan altijd op individueel niveau blijft zoeken. Zolang je oorzaken op individueel niveau blijft zoeken geef je dit individu bestaansrecht terwijl er juist inzicht verkregen dient te worden dat het individu niet bestaat. Het boeddhisme kijkt niet naar individuele processen maar naar de processen in lichaam-en-geest (geest-en-materie) die voor iedereen eender zijn en los staan van het individu. Dit zijn 13 processen die elkaar beïnvloeden en stimuleren:

al het conditioneel handelen begint bij onwetendheid
afhankelijk van onwetendheid ontstaat karma
afhankelijk van karma ontstaat bewustzijn
afhankelijk van bewustzijn ontstaat geest-en-materie
afhankelijk van geest-en-materie ontstaan de 6 zintuigpoorten
afhankelijk van de 6 zintuigpoorten ontstaat contact
afhankelijk van contact ontstaat gevoel
afhankelijk van gevoel ontstaat verlangen
afhankelijk van verlangen ontstaat gehechtheid
afhankelijk van gehechtheid ontstaat wording
afhankelijk van wording ontstaat geboorte
afhankelijk van geboorte ontstaat ouderdom-en-sterven
afhankelijk van ouderdom-en-sterven ontstaat lijden
De weg uit deze kringloop van lijden

Al het conditioneel handelen begint bij onwetendheid (avijjã)

Alleen een arhat of een Boeddha (beide zijn verlichte personen) zijn vrij van conditioneel handelen. Mensen verkerend in samsara (kringloop van het leven) kunnen zowel conditioneel als niet-conditioneel handelen en kunnen zich daar bewust en onbewust over zijn. Niet-conditioneel handelen is een handeling vanuit minimaal 1 van de 4 onbegrensde gemoedstoestanden:

  • liefdevolle vriendelijkheid (mettã)
  • gelijkmoedigheid (upekkhã)
  • mededogen (karunã)
  • medevreugde (muditã)

Conditioneel handelen is een handeling welk voortkomt uit een vooraf vastgestelde conditie welk een grensgebied vormt tussen leuk en niet-leuk, aangenaam en niet-aangenaam, etc... De conditionering creëert dus dualiteit en vandaar uit ontstaat begeerte en aversie. Conditioneel handelen is dus altijd ingegeven vanuit een begeerte of een aversie en is dus niet vrij. De reden dat we conditioneringen aanmaken en daar vervolgens naar handelen is onwetendheid over hoe op een zuivere manier (de 4 onbegrensdheden) gehandeld kan worden zonder dualiteit.

Afhankelijk van onwetendheid ontstaat karma (kamma)

Wat ik kamma noem, monniken, is de intentie, want nadat we besluiten, voeren we een fysieke, verbale of mentale handeling uit. (Gautama de Boeddha: Pali-canon: Anguttara Nikãya 6:63, iii, 415)

Karma is de intentie welke vooraf gaat aan een handeling. De intentie bij conditioneel handelen wordt ingegeven door de conditionering en is duaal; namelijk de conditionering bepaald wat leuk en niet-leuk, aangenaam en niet-aangenaam is. Er is een duidelijke intentie om de situatie maakbaar te maken en naar eigen hand te zetten (het aangename te behouden en het onaangename te doen stoppen). Dit gestuurd handelen vanuit de conditionering is een voortgaande energie die een gevolg creëert en dit is het karmische gevolg. De intentie om alles maakbaar te maken is een stuk onwetendheid over hoe dingen werkelijk in elkaar steken. De intentie bij niet-conditioneel handelen wordt ingegeven door minimaal 1 van de 4 onbegrensde gemoedstoestanden. Hier zit geen sturing achter en geen intentie om de situatie maakbaar te maken. Er is alleen maar acceptatie omdat het ego afwezig is. Er is geen intentie in maakbaarheid.

Binnen de boeddhistische filosofie wordt karma uitgeschreven in 4 vormen (kammacatukka, letterlijk: de viervoudige verdeling van kamma) wat elk een analysemethode is om karma te omschrijven. Zodoende ontstaan er 16 (4x4) typen van karma.

afhankelijk van karma ontstaat bewustzijn (citta)

Er zijn dus 4 typen van karma en zodra er karma is ontstaat er een bewustzijnstype:

De 6 zintuigpoorten
Zintuigpoorten Bewustzijnstype Activiteit Koppeling
ogen oogbewustzijn zien neurologisch
oren oorbewustzijn horen neurologisch
tong tongbewustzijn proeven neurologisch
neus neusbewustzijn ruiken neurologisch
tastzin tastzinbewustzijn voelen neurologisch
gevoel gevoelbewustzijn aanvoelen boven-werelds

Deze 6 bewustzijntypen ontstaan echter niet allemaal tegelijk; het gevoel, welk niet-neurologisch gekoppeld is, kan veel eerder ontstaan dan de overige 5 bewustzijnstypen die wel neurologisch gekoppeld zijn. Gevoel (intuïtie, aanvoelen, geest) wordt boven-werelds genoemd omdat er geen duidelijk aantoonbare veroorzaker is die dit doet triggeren. Alleen iemand in diepe meditatie zal dit opkomende bewustzijn direct en bewust opmerken, de meeste mensen zijn echter onbewust over dit opkomende signaal en zullen het pas in een veel later stadia opmerken. In het rijtje onbewust onbewust, bewust onbewust, onbewust bewust en bewust bewust is alleen de laatste (bewust bewust) bewust dat er een bewustzijn opkomt. In alle drie de andere gevallen zal pas (veel) later opgemerkt worden dat er een bewustzijn is opgetreden.

Afhankelijk van bewustzijn ontstaat geest-en-materie

Van de 6 bewustzijnstromen zijn er 5 neurologisch bepaald en 1 niet. Dit betekend dat 5 bewustzijnstypen een reactie hebben in het lichaam (materie) en 1 in de geest. De voorgaande energie die bij de dualiteit van de conditionering is gevormd, en de situatie maakbaar wenst te maken, heeft hier zijn uitwerking in materie-en-geest. Dit wordt resultant bewustzijn genoemd; bewustzijn welk altijd een resultaat genereert. Vaak wordt gesteld dat fysieke gewaarwordingen (ziekte, pijn, etc...) een energetische oorzaak hebben. Hét moment dat dit gebeurt is hier: daar waar bewustzijn zich manifesteert in geest-en-materie.

Afhankelijk van geest-en-materie ontstaan de 6 zintuigpoorten (nãman)

De bewustzijnstype die nu een gewaarwording in het lichaam of geest genereert zal opgemerkt worden en hiervoor dient één of meerdere zintuigpoorten geactiveerd te worden. Het ontstaan van de 6 zintuigpoorten is een belangrijke fase omdat het een duidelijk onderscheidt maakt tussen ogen (bewustzijnspoort), oogbewustzijn (bewustzijnstype) en zien (activiteit). De ogen zijn alleen het fysieke instrument van het lichaam welk licht kan opvangen en omzetten in neurologische signalen die het doorgeeft aan de hersenen. De ogen op zichzelf zijn neutraal en het object (rüpa) is ook neutraal en wordt opgemerkt door het oogbewustzijn. Ogen en object is zijn niet voldoende om contact te maken een reacties te genereren, daar is dus een oogbewustzijn als 3e partij voor nodig.

Afhankelijk van de 6 zintuigpoorten ontstaat contact (phassa)

Contact moet hier gezien worden als de samenkomen van oogbewustzijn, ogen en object. Er zijn 6 typen van contact:

  • oogcontact
  • oorcontact
  • tongcontact
  • neuscontact
  • tastzincontact
  • gevoelscontact

Omdat in het voorgaande traject reeds karma is ontstaan wordt een 4e component tijdens het ontstaan van contact nu opgeroepen: de mentale vergiften. Mentale vergiften (met als basis 3: onwetendheid, begeerte en aversie) zijn altijd individueel bepaald en hebben altijd een link met het ego omdat ze voortkomen uit het ego. Ze zorgen ervoor dat het zien niet neutraal plaatsvindt maar conditioneel bepaald is. Is er geen conditionering en dus geen karma aanwezig, dan zal er puur neutraal gezien worden en dit wordt 'neutrale observatie' genoemd.

Afhankelijk van contact ontstaat dualiteit (vedanã)

Doordat met het opkomen van de mentale vergiften er een individueel component is ontstaan krijgen we een begeerte of aversie (dualiteit) voor het object. Er zijn weer 6 typen van dualiteit:

  • emotie (begeerte of aversie) dat voortkomt uit oogcontact
  • emotie (begeerte of aversie) dat voortkomt uit oorcontact
  • emotie (begeerte of aversie) dat voortkomt uit tongcontact
  • emotie (begeerte of aversie) dat voortkomt uit neuscontact
  • emotie (begeerte of aversie) dat voortkomt uit tastzincontact
  • emotie (begeerte of aversie) dat voortkomt uit gevoelscontact

Afhankelijk van gevoel ontstaat verlangen (tanhã)

Gevoel voor het object resulteert in verlangen naar het object. Verlangen is dus de persoonlijke betrokkenheid bij het object welk voortgekomen is vanuit gevoel. Er zijn 6 vormen van verlangen:

  • verlangen naar vormen
  • verlangen naar geluiden
  • verlangen naar smaken
  • verlangen naar geuren
  • verlangen naar tastbare objecten
  • verlangen naar mentale objecten

Deze 6 vormen van verlangen zijn op hun beurt 3-voudig zodat er 18 vormen van verlangen zijn:

  • begeerte is de wens om het object te koesteren en te behouden
  • aversie is de wens om het object te verlaten of te verdwijnen
  • neutraal is een vredig gevoel en deze vredigheid kan ook een object van verlangen worden

Bij verlangen ontstaat de wens om het object te veranderen naar gelang de persoonlijke betrokkenheid.

Afhankelijk van verlangen ontstaat gehechtheid (upãdãna)

Het verlangen transformeert naar in gehechtheid in het object van verlangen. Dit moet niet alleen gezien worden vanuit de begeerte kant, ook aversie kan een gehechtheid oproepen. De aversie voor ziek worden is tevens de gehechtheid aan een gezond lichaam. Er zijn 4 vormen van gehechtheid:

  • hechten aan zintuiglijke verlangens
  • hechten aan onjuiste zienswijzen
  • hechten aan riten en ceremonieën
  • hechten aan doctrine van een zelf

De eerste heeft als wortel verlangen en de overige 3 een verkeerde zienswijze maar ze worden alle 4 geconditioneerd vanuit verlangen. Afhankelijk van gehechtheid ontstaat wording (kammabhava en upapattibhava)

Afhankelijk van gehechtheid onstaat wording

Doordat we gehecht zijn aan het object van het verlangen gaan we de situatie daadwerkelijk beïnvloeden middels een handeling of gedachte. Of de situatie hierdoor gaat veranderen zoals wij willen is maar de vraag, maar dat de situatie gaat veranderen is zeker. Er ontstaat dus wording en dit kan op 2 manieren:

  • het karmische actieve proces van wording (kammabhava) - gehechtheid is hier een voorwaarde voor actieve wording aangezien onder invloed van de gehechtheid acties ondernemen die op hun beurt karma genereren.
  • het resultante proces van wording (upapattibhava) - gehechtheid is hier een voorwaarde omdat de reeds aanwezige karma ons terugvoert tot oude patronen

In beide gevallen van wording is karma de bepalende factor die creëert.

Afhankelijk van wording ontstaat geboorte (jãti)

We geven bestaansrecht aan datgene gecreëerd is en hiermee ontstaat een nieuw stukje karma (kammabhava), een nieuwe conditionering en een nieuwe voedingsbodem voor begeerte en aversie. De onwetendheid over de werkelijke loop der dingen is er nog steeds en we zijn weer een nieuwe omslag in het wiel van geboorte-en-wedergeboorte gegaan.

Afhankelijk van geboorte ontstaat ouderdom-en-sterven

De onwetendheid is onze persoonlijke waarheid. De ultieme waarheid is dat alles opkomt, enige tijd duurt en weer neergaat om te transformeren in iets anders. Niets is blijvend hoe sterk je het ook koestert. Alles is dus onderhevig aan ouderdom en sterven en daar gaat aftakeling, ziekte en schade aan vooraf.

Afhankelijk van ouderdom-en-sterven ontstaat lijden

De ouderdom, aftakeling, ziekte, schade en sterven is een proces wat moeilijk te accepteren is als we niet de ultieme waarheid zien maar alleen onze eigen persoonlijke waarheid. Dat dit lijden doet veroorzaken is bijna inherent. Zolang we in de onwetendheid blijven blijft deze kringloop bestaan.

De weg uit deze kringloop van lijden

de oplossing om uit deze kringloop te geraken begint eveneens bij de onwetendheid:

al het conditioneel handelen is uitgeroeid houdt onwetendheid op te bestaan
als onwetendheid is uitgeroeid houdt karma op te bestaan
als karma is uitgeroeid houdt bewustzijn op te bestaan
als bewustzijn is uitgeroeid houdt geest-en-materie op te bestaan
als geest-en-materie is uitgeroeid houdt de 6 zintuigpoorten op te bestaan
als de 6 zintuigpoorten is uitgeroeid houdt contact op te bestaan
als contact is uitgeroeid houdt gevoel op te bestaan
als gevoel is uitgeroeid houdt verlangen op te bestaan
als verlangen is uitgeroeid houdt gehechtheid op te bestaan
als gehechtheid is uitgeroeid houdt wording op te bestaan
als wording is uitgeroeid houdt geboorte op te bestaan
als geboorte is uitgeroeid houdt ouderdom-en-sterven op te bestaan
als ouderdom-en-sterven is uitgeroeid houdt lijden op te bestaan.