Daslook en Dovenetel: verschil tussen pagina's

Uit dharma-lotus.nl
(Verschil tussen pagina's)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
 
Geen bewerkingssamenvatting
 
Regel 1: Regel 1:
{{#seo:
{{#seo:
|title=Daslook. Wilde planten die je kunt eten.  
|title=Dovenetel. Wilde planten die je kunt eten.  
|titlemode=append
|titlemode=append
|keywords=eten, eetbaar, voeding, gezond, berm, bermplanten, smakelijk, plant, planten, kruiden
|keywords=eten, eetbaar, voeding, gezond, berm, bermplanten, smakelijk, plant, planten, kruiden
|description=Overzicht van enkele eetbare wilde planten die je overal in Nederland kunt vinden  
|description=Overzicht van enkele eetbare wilde planten die je overal in Nederland kunt vinden  
}}
}}
[[File:Daslook (Allium ursinum) bij de Menkemaborg - panoramio.jpg|350px|thumb|Daslook]]
[[File:Lamium album Witte dovenetel met hommel.jpg|350px|thumb|Witte Dovenetel]]
{{Poster voeding}}
{{Poster voeding}}
'''Daslook''' (Allium ursinum) is een overblijvende plant en wordt 20 tot 40 cm hoog. De stengels zijn 3-kantig of halfrond. De planten vormen pollen en grote groepen. De wortels bestaan uit langwerpige bollen. De meestal uit tweeën bestaande ovale, wortelstandige bladeren zijn 2 tot 5 cm breed, donkergroen en parallelnervig. De bladsteel is 5 tot 15 cm lang. De bladeren verspreiden een sterke uiengeur.
De naam '''dovenetel''' (Paarse dovenetel, lamium purpureum) komt van de oude betekenis doof = niet werkend, gedoofd. De bladeren en stengels lijken sterk op die van de brandnetel, maar hebben geen netels met mierenzuur. Er bestaat ook een witte dovenetel, lamium album.


De zuiver witte bloemen hebben zes witte bloemdekbladen en zijn in losse bolvormige schermen gegroepeerd. De plant bloeit van april tot juni, maar soms tot juli. De plant groeit vaak in groepen en trekt door de sterke uienlucht snel de aandacht. Elke bloem heeft 6 meeldraden, die ongeveer half zo lang zijn als de bloembladen. De zaden zijn zwartbruin. Daslook groeit op beschaduwde plaatsen op vochtige, matig voedselrijke tot voedselrijke grond en is te vinden in o.a. loofbossen en struikgewas.
==Geneeskundige werking==
De hele plant is geneeskrachtig, bloedstelpend, diuretisch, en een tonicum. Laboratorium testen geven aan dat olie van Lamium purpureum zaad veel antioxydanten bevat en in de toekomst gebruikt kan worden als een voedingssupplement. Een aftreksel van de plant is heel goed bij bloedingen terwijl verse gekneusde blaadjes extern aangebracht kan worden bij snijwondjes. Het gedroogde kruid, in de vorm van thee en gezoet met honing, bevordert het transpireren en werkt op de nieren. Thee van de verse plant is heel laxerend en een goed tonicum.


==Bladeren & bloemhoofden==
==Culinair toepasbaar==
 
Pluk de bladeren bij voorkeur als de bloemen zijn uitgekomen, eet de bladeren rauw of kook ze 10 minuten. De bloemetjes staan ook mooi over een salade. De bloemen kan je drogen om er in de winter, eventueel samen met andere kruiden, thee van te maken. Pluk de bloemen en droog ze op een donkere, warme luchtige plek.
De bladeren kunnen rauw of gekookt worden gegeten en zijn vaak al vanaf eind januari te vinden. De bladeren moeten voor de bloei worden verzameld en kunnen fijngehakt in salades en in soepen worden gebruikt. De bloemen kunnen rauw of gekookt worden gegeten. Ze zijn vaak sterker van smaak dan de bladeren en kunnen in kleine hoeveelheden aan een salade worden toegevoegd. De bloemhoofden kunnen nog worden gegeten als de zaaddozen zich gaan vormen. Als de zaden rijpen wordt de smaak nog sterker. Bij het verzamelen van de bladeren bestaat het gevaar van verwisseling met bladen van andere planten, zoals lelietje-van-dalen, gevlekte aronskelk en herfsttijloos die giftig zijn. Jaarlijks vallen er slachtoffers door deze verwisseling.
{{eetbare planten}}
 
==Bollen==


Een bol kan rauw of gekookt worden gegeten. Een bol heeft een vrij sterke knoflooksmaak en kan het hele jaar door verzameld worden (hoewel je in het voorjaar natuurlijk beter de bladeren kunt oogsten en in het najaar de bollen). De bollen kunnen 4 cm lang worden en een diameter hebben van 1 cm.


Het oogsten kan in maart t/m juni
{{eetbare planten}}
[[categorie: eetbare wilde planten]]
[[categorie: eetbare wilde planten]]

Huidige versie van 18 dec 2022 om 18:06

Witte Dovenetel

De naam dovenetel (Paarse dovenetel, lamium purpureum) komt van de oude betekenis doof = niet werkend, gedoofd. De bladeren en stengels lijken sterk op die van de brandnetel, maar hebben geen netels met mierenzuur. Er bestaat ook een witte dovenetel, lamium album.

Geneeskundige werking

De hele plant is geneeskrachtig, bloedstelpend, diuretisch, en een tonicum. Laboratorium testen geven aan dat olie van Lamium purpureum zaad veel antioxydanten bevat en in de toekomst gebruikt kan worden als een voedingssupplement. Een aftreksel van de plant is heel goed bij bloedingen terwijl verse gekneusde blaadjes extern aangebracht kan worden bij snijwondjes. Het gedroogde kruid, in de vorm van thee en gezoet met honing, bevordert het transpireren en werkt op de nieren. Thee van de verse plant is heel laxerend en een goed tonicum.

Culinair toepasbaar

Pluk de bladeren bij voorkeur als de bloemen zijn uitgekomen, eet de bladeren rauw of kook ze 10 minuten. De bloemetjes staan ook mooi over een salade. De bloemen kan je drogen om er in de winter, eventueel samen met andere kruiden, thee van te maken. Pluk de bloemen en droog ze op een donkere, warme luchtige plek.

Eetbare wilde planten
Adelaarsvaren - Brandnetel - Dennentopjes - Daslook - Dovenetel - Duizendblad - Grote lisdodde - Hondsdraf - Heermoes - Judasoor - Klaver - Kleefkruid - Kleine veldkers - Linde - Look-zonder-look - Madeliefjes - Oesterzwam - Paardenbloem - Vogelmuur/Kippemuur - Waterkers - Weegbree - Zevenblad - Zuring